Programma 1. Ruimtelijke ontwikkeling

1.1.2 Proactief samenwerken met partners

Van Ruimtelijke Agenda Gemeenten naar Omgevingsagenda Gemeenten
Werken als één overheid vormt het uitgangspunt in de aanstaande Omgevingswet, dus is effectieve samenwerking extra geboden. Een adequate basis hiervoor vormt de Ruimtelijke Agenda Gemeenten, waarmee we al enkele jaren goede ervaringen op doen. Om tot de juiste agendaonderwerpen te komen, zijn wij met gemeenten voortdurend en proactief in overleg, waarbij wederzijdse belangen onderling worden afgestemd in verkenningen en initiatieffasen van planvorming. Hierbij richten wij ons vooral op prioritaire beleidsonderwerpen, zoals grotere (gebieds)ontwikkelopgaven, (binnen)stedelijke ontwikkeling en transitiedoelen. Deze vorm van samenwerking draagt er ook toe bij dat gemeenten onze belangen in hun beleidsvorming en -uitvoering meenemen. 
Om met gemeenten nog beter samen te kunnen werken aan de gebiedsgerichte, geïntegreerde aanpak van maatschappelijke opgaven, ontwikkelen we met een aantal pilotgemeenten een gemeenschappelijke Omgevingsagenda door verbreding van het instrument Ruimtelijke Agenda. Ook de waterschappen worden hierbij qua werkwijze en agendavorming betrokken. Om de uitvoering van gedeelde doelen en belangen samenhangend, vroegtijdig en soepel op de rit te zetten, bieden wij gemeenten voor het opstellen van hun bijdrage hulpmiddelen aan.

Begeleiding gemeentelijke plannen
Het is cruciaal dat onze belangrijkste partners met een lokale uitwerking uitvoering geven aan provinciaal ruimtelijk beleid en daarbij de Provinciale Ruimtelijke Verordening (PRV) in combinatie met de Provinciale Ruimtelijke Structuurvisie (PRS) zelfstandig kunnen hanteren. Als een gemeentelijk plan toch onvoldoende in lijn is met provinciaal beleid, kunnen we een zienswijze indienen. We streven er echter naar dat 95 % van de plannen “spoort” met provinciale belangen, zonder de inzet van zienswijze en eventueel aanwijzing of beroep. We blijven gemeenten nadrukkelijk uitnodigen voor vroegtijdige afstemming als planinitiatieven en concept-bestemmingsplannen hiermee (lijken te) “schuren”. We werken samen in regulier ambtelijk overleg, dan wel via informeel en formeel vooroverleg over bestemmingsplannen en omgevingsvergunningen. Zo kunnen we planingrepen zoveel mogelijk beperken. Ook in 2020 zijn we betrokken bij de voorbereiding van gemeentelijke omgevingsvisies/-plannen. Wél zijn we selectief bij de inzet van provinciale deskundigheid en geven voorrang aan planinitiatieven die het meeste raakvlak hebben met provinciaal beleid.

Beoogd resultaat 2020

  • Opstellen en met pilot-gemeenten testen van een aanpak voor het met alle gemeenten ontwikkelen van gezamenlijke Omgevingsagenda’s.
  • Bij tenminste 95% van de gemeentelijke ruimtelijke plannen is geen zienswijze ingediend, omdat voldoende overeenstemming is met provinciaal beleid, zoals is vastgelegd in de provinciale ruimtelijke verordening.
ga terug